Jan de Limpens

Naamgever van de Weldadige stichting.

Wapen van familie De Limpens
Wapen van familie De Limpens

Jan de Limpens werd geboren op 13 september 1793 op kasteel Doenrade als zoon uit het eerste huwelijk van “Appellationsrat” (hoger beroepsraad) en schout van het vorstendom Thorn, Frans de Limpens uit Essen (D) en Maria Dortans uit Gladbach (D).

Jan werd na zijn studie op 24 Juni 1821 op 27-jarige leeftijd benoemd tot griffier aan het vredegerecht te Oirsbeek het welk zetelde in pastorie aldaar, welke functie hij in 1836, tijdens het Belgische bewind neerlegde. Tevens was hij van 1830 tot 1841 burgemeester van de gemeente Oirsbeek.

Op 15 december 1841 werd hij benoemd tot kantonrechter in Sittard, welke functie hij bekleedde tot 12 december 1871.

Op 30 september 1841 werd hij tevens benoemd tot lid van de Provinciale Staten van het hertogdom Limburg als afgevaardigde van de landelijke stand van het 6e district, met als hoofdplaats Oirsbeek. Hij bleef dit tot 1849.

De gepensioneerde kantonrechter Jan de Limpens overleed op kasteel Doenrade op 23 april 1878 op 84-jarige leeftijd. Zijn dood werd nog dezelfde dag aangegeven bij de ambtenaar van de burgerlijke stand, Jos Hautvast, te Oirsbeek.

Jan de Limpens werd op het kerkhof te Oirsbeek begraven.

In 1893 stierf de Doenraadse tak van de familie de Limpens uit. Op 6 januari en 27 januari 1886 had Ernest de Limpens – zoon van Jan de Limpens – via een geheim testament de “Weldadige Stichting Jan de Limpens” in het leven geroepen. Bij een geheim testament, gedagtekend op 12 mei 1887 en gedeponeerd ten kantore van notaris Lienaerts te Merkelbeek op 6 juni daaropvolgend, benoemde de grondeigenaar Karel de Limpens, broer van Ernest de Limpens, in deze uiterste wilsbeschikking de, naar zijn vader genoemde Weldadige Stichting Jan de Limpens tot zijn enige en algemene erfgenaam.

De nalatenschappen van Ernest en Karel de Limpens omvatten een omvangrijk vermogen, o.a. meerdere pachthoeven en aandelen in de kolenmijn Celser Neuack in het Ruhrdal (D.). In 1986 bezat de Stichting tien grote boerderijen met in totaal zo’n 400 hectaren grond. Allemaal verkregen uit de nalatenschap en door goed rentmeesterschap verworven. In zijn testament benoemde Ernest de Limpens de “Vereenigde Burgemeesters en de Roomsch Catholieke Pastoors van ondergenoemde bevoorrechte gemeenten en plaatsen” tot bestuursleden van de Stichting. Ook werd in zijn testament aangegeven dat de stichting onder voorzitterschap moet staan van burgemeester Graaf Arthur de Marchant et d’Ansembourg uit Amstenrade. Voor Oirsbeek namen zitting in de stichting: burgemeester Pieter Frans Diederen, geboren in Munstergeleen, woonde te Doenrade en gehuwd met Rosa Baggen. Voor de kerk, pastoor Ferdinand Maria Sarton, geboren te Sittard en pastoor te Oirsbeek van 1895 tot 1901. Voor Amstenrade nam deel de reeds eerder genoemde burgemeester tot aan zijn overlijden in 1925. Voor de kerk, pastoor Franciscus Josephus Hubertus Thissen, geboren te Roermond en pastoor te Amstenrade van 1883 tot 1907.
Namens de parochie Doenrade, pastoor Josephus Cuypers, geboren te Vaesrade en pastoor te Doenrade van 1907 tot 1909.

De stichting heeft op 1 januari 2008 de ANBI status verkregen.